Edito mei 2022

Groei

De EU heeft de resolutie goedgekeurd die een verdere structurele groei van de biologische landbouw beoogt. Er was in de aanloop ervan sprake van een streefdoel van 25 % bio-landbouwareaal tegen 2030, maar dat werd niet weerhouden bij de stemming. Niettemin vertrouwt men erop dat ook zonder die harde doelstelling het aandeel biolandbouw in de EU in de komende 10 jaar zal verdubbelen van 8,5 % naar ruim 17 %.

Toch zal Vlaanderen daar amper aan bijdragen. Hoewel België nog steeds bovengemiddeld scoort qua bio-areaal in de EU, hebben we dat integraal te danken aan het vooruitstrevend beleid van de Waalse deelregering en de Waalse landbouwgemeenschap. Met meer dan 15 % bio-areaal scoort Wallonië ruim 10 keer beter dan Vlaanderen dat net 1,5 % haalt en onlangs nog met trots vooropstelde om tegen 2030 1,7 % te halen.

Vlaanderen heeft een moeilijke geschiedenis met de groei van biolandbouw en omarmt als neoliberale regio liever economische groei dan ecologische groei. Ruim 20 jaar geleden was er nochtans even een ongezien enthousiasme om de Vlaamse biolandbouw fors te laten groeien. Onder druk van de Bond Beter Leefmilieu keurde de Vlaamse deelregering een actieplan goed met als streefdoel 10 % biolandbouw tegen 2010 (op dat moment was er amper 0,5 % biolandbouw in Vlaanderen). De veel te ambitieuze doelstelling -waar de biosector zelf duidelijk voor had gewaarschuwd- keerde als een boemerang terug in ons gezicht. Na enige tijd werd het doel bijgesteld naar 5 % en vervolgens verdween elke harde doelstelling uit het plan. En dat is nog steeds zo. Er werden ook nooit de nodige middelen en concrete maatregelen gekoppeld aan de beoogde doelstelling.

En zo is en blijft Vlaanderen in de EU één van de weinig regio’s met een extreem laag percentage biolandbouw. En naar alle waarschijnlijkheid zal dat nog lang zo blijven. Ondertussen  werken wij verder aan de groei met aandacht voor niet louter een kwantitatieve aanwas, maar ook een kwalitatieve invulling van biolandbouw op ecologisch, economisch en sociaal vlak.

Geert Iserbyt